Probleem gedrag:
Probleemgedrag van de kat is er in twee 2 varianten:
• ongewenst gedrag
• abnormaal gedrag
Ongewenst gedrag van de kat:
Een kat is een eigenzinnig en zelfstandig (solitair) wezen, dat nergens toe
gedwongen wil worden. Een kat ziet de mens niet als baas maar als dienaar (of
personeel) van zijn wensen. Gedrag wordt voor een belangrijk deel erfelijk
bepaald en verder door de leefomgeving, leerervaringen en aangeleerd gedrag.
Ongewenst gedrag kan verschillende oorzaken hebben. Het natuurlijke soorteigen
gedrag van de kat wordt vaak door de eigenaar als een probleem ervaren, wat veel
stress oplevert voor de kat (en eigenaar). De kat gaat dan gedrag vertonen dat
voor de kat zelf en de eigenaar; of andere mensen; niet prettig is. Als katten
hun energie niet voldoende kwijt kunnen, is het mogelijk dat zij
gedragsproblemen ontwikkelen, zoals agressiviteit en vernielen.
Hoe eerder de behandeling start, des te groter is de kans op succes.
Voorbeelden van ongewenst gedrag:
• agressie naar mensen of andere dieren
• angst voor mensen of andere dieren
• angstig gedrag in het algemeen
• onzindelijkheid en/of sproeien in huis
• extreme aanhankelijkheid
• vreemde voorwerpen eten (zoals wol, touw, plastic), pica
• vernielzucht
• overmatig miauwen of achternalopen
• overmatig angstig (bv bij opgelopen trauma)
• krabgedrag
• overmatige vachtverzorging
Abnormaal gedrag van de kat:
Van abnormaal gedrag is sprake als het gedrag niet meer in relatie staat tot het
bereiken van een bepaald doel. De frequentie of duur van het gedrag is sterk
toe- of afgenomen. Je kunt hierbij denken aan blijven doorgaan met wassen van de
vacht totdat kaalheid op gaat treden of abnormale motoriek vertonen zoals
likbewegingen in de lucht of ijsberen door de kamer.
Abnormaal gedrag kan verschillende oorzaken hebben zoals een lichamelijke
aandoening, erfelijke aanleg, slechte socialisatie,
stress, een trauma of-
verlatingsangst.
Voorbeelden van abnormaal gedrag:
• staart jagen
• kauwen op snorharen , poten of staart
• denkbeeldige prooien vangen
• ijsberen, rondjes lopen
• staren naar schaduwen, bevriezen
• overmatig wassen
• nagelbijten
• huidrimpelen (met de huid hevig trekkende bewegingen maken)
• overmatig veel eten en drinken
• likken, zuigen op wollige objecten (vooral bij Siamezen)
• vermijden van denkbeeldige objecten
Als uw kat zo’n gedragsprobleem vertoont, is het nodig hier verandering in te
brengen. Een gedragstherapeut voor katten komt dan zowel uw kat als u als
eigenaar ten goede.
© Kat aan het woord